seniorenreis 2017

Jaarlijkse uitje voor Senioren van PKN Gereformeerde Kerk Giessendam – Neder-Hardinxveld

Woensdag 17 mei 2017

Wat lag er weer een leuke uitnodiging op de mat een paar weken geleden. We hoefden niet lang na te denken of we daaraan wel of niet zouden deelnemen.

Om kwart voor tien werden we verwacht in ons kerkgebouw aan de Stationsstraat. De koffie, thee en lekkere cake stonden klaar. We werden hartelijk ontvangen door de seniorencommissie. Maar liefst 32 mensen hadden zich opgegeven voor dit aantrekkelijke uitje. Ook onze dominee Amanda was van de partij.
Goed gemutst stapten we in de bus. Het was de eerste zomerse dag van dit jaar met een temperatuur boven de 25 graden. De regenjassen en parapluies konden thuis blijven. De chauffeur van de busonderneming EGAO bracht ons vlot naar het Fort Altena, dat in het mooie Brabants Landschap ligt. Een mooie natuur niet ver van Hardinxveld-Giessendam. Het Ford aan de Uppelse Dijk is een onderdeel van de Nieuwe Hollandse Waterlinie en is in 1847 gebouwd. Het fort is gelegen tussen Werkendam en Sleeuwijk nabij Uppel en is gebouwd als een ronde aarde redoute.
Onze gids Adriaan hield eerst een inleidend betoog in de ontvangstkamer. De mensen die wat moeilijk ter been waren konden gaan kijken naar de  film over de Hollandse Waterlinie. De gids vertelde vlot  over  de geschiedenis van het Fort Altena.  De Nieuwe Hollandse Waterlinie is tussen 1815 en 1940 aangelegd om ons land in oorlogstijd te beschermen door middel van een ingenieus systeem van sluizen, dijken, kanalen, forten en vestingsteden. Bij oorlogsdreiging werden van Muiden tot aan de Biesbosch stroken polderland onder water gezet.

Het beeld van de waterlinie.
Kilometers ver staat het polderland onder water. Bomen, struiken, hekken maar ook boerderijen en schuren verspreid in het landschap staan met de voeten in het water. Hoewel het water maar laag boven het maaiveld staat zo’n 30-60 cm is doorwaden riskant doordat ontelbare greppels, sloten en vaarten in het modderwater onzichtbaar zijn geworden. In het rampjaar 1672 zijn de legers van Lodewijk XIV tot staan gebracht.
Fort Altena bestaat uit een ronde aarden redoute, voorzien van een lage wal en omgeven door een 26 meter brede gracht. In 1885 bestaat de bezetting van Fort Altena uit 328 manschappen en één wasvrouw. Bij de instelling van de “Waschvrouw” was door Koning Willem bepaald dat er per compagnie één gehuwde vrouw werd toegelaten. De echtgenoten van deze vrouwen waren meestal  korporaals-werklieden.
Gids Adriaan vertelde ook over de zogenaamde verboden kringen, waar niet gebouwd mag worden. Als je dat wel deed kreeg je een boete van 1 gulden en 1 dag hechtenis. Men moest men de schuur afbreken en als men dat niet deed werd het bouwwerk  in brand gestoken.
Fort Altena werd op 28 september 1946 in gebruik genomen als hoofkwartier van interneringskampen in de streek. Hierin werden NSB-ers en andere foute Nederlanders ondergebracht, waar ze gestraft werden voor hun daden. Een gedichtje in gebouw D:

Hier in de cel
Is het veel kouder dan in de hel
Maar om tot rust te komen
Is het hier veilig wonen
Eten en drinken, alles op tijd
Kant en klaar, maar ? en bereid

Gebouw A:
De bomvrije toren vormt de oudste, historische kern van het complex.
Het geschut om de vijand te bestoken stond aanvankelijk boven op het fort.
Gebouw B en C waren bomvrije kazernes.
Ook het zelfvoorzienende drinkwatersysteem met druipkokers is hier zichtbaar. Het regenwater werd opgevangen op het dak van de bomvrije kazernes en gefilterd door de grondlaag, sijpelde het via het waterleidingennet en de druipkokers naar de waterkelder.
De levensomstandigheden in de bomvrije torens waren niet gunstig. In de koude en vochtige ruimtes sliepen de soldaten ’s nachts als haringen in een ton. Er braken allerlei ziektes uit, zoals diarree.
Gebouw D: Flankgebouw
Het gebouw bestaat uit twee remises (stalling voor het geschut) twee verblijfruimtes en twee munitiemagazijnen. Lager gelegen ligt een toiletruimte met vier poepdozen op een rij die alleen van buiten bereikbaar is. Om de twee ruimtes is een lichtgang met lichtnissen in de muren van de munitiemagazijnen Zo kan de ruimte met een olielampje van licht worden voorzien via luchtkokers voor voldoende zuurstof. Voor het transport van granaten en munitie is er een handbediende munitielift.
Zo is er ook nog een gebouw E en F. Remises met munitiemagazijnen.
gebouw G een enkelvoudige remise
gebouw K. voertuigenloods

Er was helaas niet genoeg tijd om alles te bezichtigen en Adriaan leidde ons, nadat we door veel smalle gangetjes waren gekropen, weer richting hoofdingang. Daar stond de tafel reeds gedekt met heerlijke broodjes en sap en melk. Vooraf kregen we lekkere vissoep opgediend.

De busreis werd voortgezet naar het Biesboschmuseumeiland. Tijdens deze tocht konden we genieten van een schitterend uitzicht over de Noordwaard. Om bij hoge waterstanden meer rivierwater op een veilige manier af te voeren, was ontpoldering van de Noordwaard nodig.  De boeren, die niet weg hoefden, mochten een nieuw huis op een terp bouwen en als ze dat niet wilden moest er een dijk om hun huis worden gemaakt.
In het Biesboschmuseum draait een film over leven in de Biesbosch. De Biesbosch is ontstaan na de St. Elisabethvloed van 1421, in de nacht van 18 op 19 november. Het Biesboschmuseum laat vooral zien op welke wijze de mens vanaf die periode tot heden zijn brood in het gebied verdiende en door zijn handelen het uiterlijk van de Biesbosch heeft bepaald. De griendwerkers verbleven vaak van maandag tot vrijdag in de griend. De nacht werd doorgebracht in een ark, schrankkeet of een griendkeet. Het leven in deze bouwsels was pure armoe. De dikte van het griendhout is afhankelijk van de groeitijd. Van dikke takken werden stelen, stoelpoten, palen en staken gemaakt. De dunnere werden gebruikt in de hoepelmakerij en vistuigfabricage. Voor zinkstukken gebruikte men dikke stokken van verschillende lengte voor de constructie en lange dunne takken voor de wiepen.
De Biesbosch is van oorsprong een zoetwatergetijdengebied. Door afsluitingen van het Haringvliet in 1970 is het normale getijde verdwenen en vervangen door een schijngetijde van 20 tot 30 cm. Het gebied is aantrekkelijk geworden voor roofvogels. Jaarlijks komen duizenden eenden en ganzen om er te foerageren. De eenden werden in een vangpijp gelokt met een tamme eend.

Beroepsvissers:
Voor de vissers was de Biesbosch aantrekkelijk. Het hele gebied was verdeeld in visgronden en men moest dik betalen voor visrechten aan de staat.
Spaarbekkens:
Het idee voor de aanleg van spaarbekkens in de Biesbosch is ontstaan omstreeks 1965. De aanleiding was de zeer slechte kwaliteit van het Rijnwater. De Maas voerde het schoonste water aan.Er zijn drie bekkens:
De Gijster met 32.500.000 kubieke meter
Honderd en Dertig met 33.500.000 kubieke meter en
de Petrusplaat met nuttige inhoud van 13.000.000 kubieke meter.

De Biesbosch is een aantrekkelijk gebied voor recreatie. Met een klein motorbootje varen, kanoën en zwemmen is het goed toeven in het gebied.

Flora en Fauna:
Er bloeien heel veel soorten bloemen in de Biesbosch. De Reuzenbalsemien overwoekert praktische het hele gebied. De Spindotter wordt zeldzamer. Er zijn zeker 120 verschillende soorten te vinden. En dan zijn de vele soorten grassen, bessen en mossen nog niet eens meegerekend.De Biesbosch heeft een rijke Fauna.
Vele soorten Slakken, Libellen, ook wel beekjuffers genoemd, insecten; wespen hommels enz.  Vlinders; zoals Atlanta, Kleine Vos en Koolwitje.Drie soorten kreeftachtige en schelpdieren zoals de mossel. Er zwemmen 40 soorten vissen, waarvan de meerval de engste is. Deze vis kan wel 180cm groot worden en is beschermd.
Vogels: Er zijn typische Biesbosch vogels. Zoals de Blauwborst, Grote Zilverreiger, Kwak, Lepelaar, Nachtegaal, Roerdomp. Maar als je dan toch in de Biesbosch bent, wil je natuurlijk het ijsvogeltje zien. Hij nestelt in omhoog stekende wortelkluiten van omver gewaaide bomen.
Zoogdieren:Er wonen aardig wat zoogdieren in de Biesbosch zoals: Beverrat, Bunzing, Egel, Haas, Hermelijn, Konijn, Nerts en diverse soorten Muizen en  Ratten.  Maar ook de Ree kun je daar tegenkomen . Zelfs de Vos,  de Vleermuis en de Wezel.
Bever: maar het mooiste zoogdier van de Biesbosch is toch de Bever. Op 1 oktober 1988 zijn er drie beverpaartjes uitgezet. Het jaar daarop nog eens 8 paartjes. Aanvankelijk kwamen de bevers er niet toe om zich voort te planten, onervaren als men was had men de eerste bevers op dezelfde plaats uitgezet. De bevers waren toen meer bezig met afbakenen van hun territorium. De 2e uitzetting waren bevers uit dezelfde familie en die verdroegen elkaar beter. Men kwam op het idee om bevers uit te zetten toen de natuurparken werden opgericht. Tot 1826 leefden de bevers van nature in Nederland. De dieren zijn groeneters, de wilgenschors is hun hoofdvoedsel. Er werd op hen gejaagd vanwege hun zeer smakelijk vlees. De vacht heeft een dichte haarinplant ± 30.000 haren per cm2. Van de ingewanden werden pijnstillers gemaakt. De uitgezette bevers kwamen uit het Elbegebied, in Duitsland, omdat het water daar behoorlijk vervuild was. Ook de bodem van de Biesbosch was vervuild doordat het vervuilde water van de Rijn en de Maas in de Biesbosch tot stilstand kwam en kon bezinken. Men dacht als de dieren in de Elbe kunnen leven, kunnen ze dat ook in de Biesbosch. De bever is het grootste knaagdier van Europa. Een volwassen bever weegt tussen de 25 en 30 kilo en hij is van kop tot staart 1.25 meter lang. Het vrouwtje heeft een draagtijd van drie maanden en krijgt meestal drie jongen. De bever kan 20 jaar oud worden. Na drie jaar is de bever volwassen. Hij kan wel 15 tot 20 minuten onder water blijven. Het grootste knaagdier van de wereld is de Capibara.

Het landschap wordt gekenmerkt door rivieren, kreken, slikken, rietgorzen, bekade grienden en polders. Tijdens de oorlogsjaren van 1940-1045 was het een prachtig gebied om onder te duiken. De Duitsers waagden zich niet in de Biesbosch.

Om half vier konden we inschepen op de fluisterboot “De Whisper”. Schipper Piet vertelde dat door de geringe diepgang de boot onder meer door de sloot van de Beneden Petrus kon varen. Dat bleek ook wel, want op zeker moment hoorden we dat de schroef door zand en modder moest draaien. Maar gelukkig liepen we niet vast. Na een mooie tocht, waar we wel beverburchten, maar geen bevers hebben gezien kwamen we weer bij de steiger aan.

De terugtocht naar huis verliep vlot; de chauffeur koos voor een alternatieve route. Rond zes uur kwamen we bij de kerk aan.
We kijken terug op een mooie, warme zonnige dag. Een da met veel informatie over oorlog voeren en hoe we met de natuur om moeten gaan. In de bus en tijdens de lunch was er gelegenheid om elkaar beter te leren kennen door wel en wee met elkaar te delen.
Er was aandacht voor de mensen, die helaas niet mee konden,  Mevrouw Miep Gulik en de familie de Haas. Aan hen wordt een hele mooie kaart gestuurd.

Met dank aan onze Schepper, die er voor zorgt, dat elk jaar weer de bomen groen worden en de bloemen gaan bloeien.Dat er eten en drinken is voor mens en dier. Laten we met ons allen heel goed voor de natuur en onze naasten blijven zorgen.
De organisatie en de verzorging was geweldig met dank aan de seniorencommissie:
Ellen, Lida, Marijke, Marianne en Anke.

Hardinxveld-Giessendam 2 mei 2017.        Opgemaakt door: Willemien van Iperen