Bezinning heilig Avondmaal

Als commissie Vorming, Eredienst en Toerusting hebben we een start gemaakt met een bezinning op de viering van het heilig Avondmaal. We spreken met elkaar over de praktische zaken en de manier van vieren, maar zeker ook over de betekenis van wat we noemen de Maaltijd van de Heer.

We ervaren het als zeer goede gesprekken, die we in het seizoen 2018-2019 ook gemeentebreed zouden willen voeren. De komende maanden verdiepen we ons in de manieren waarop de dat zouden kunnen doen.

Het is ons verlangen om met jong en oud te spreken over hoe, maar zeker ook wat we met het Avondmaal vieren en waarom. We hopen dat het zal leiden tot een verdieping van ons verstaan, vieren en beleven.

Volgende week is er weer gelegenheid om deel te nemen aan de Maaltijd van de Heer. De komende tijd zullen we in de voorafgaande week steeds een stukje in de Weekbrief plaatsen. Het zijn fragmenten uit een notitie die prof. dr. Jan Muis [geen familie van de predikant] schreef om in de gehele PKN het gesprek over het Avondmaal op gang te brengen. In de Weekbrief vindt u een klein stukje van de paragraaf; op de website van onze gemeente wordt het geheel geplaatst, inclusief enkele vragen ter bezinning of gesprek. U kunt het lezen en overdenken, als voorbereiding ook op de viering van volgende week.

Deze keer de eerste paragraaf van de notitie waarin wordt nagegaan in welke zin het avond een ‘maaltijd van de Heer’ is.

  1. DE VIERING VAN DE MAALTIJD VAN DE HEER

Het avondmaal is een bijzondere maaltijd met een bijzondere betekenis: een ‘heilig’ avondmaal. Deze bijzondere betekenis wordt helder aangeduid in één van de vroegste benamingen: ‘Maaltijd van de Heer’ (1 Korintiers 11: 20). Wie aan de Maaltijd van de Heer deelneemt, gaat aan tafel bij Jezus Christus, de Levende die in zijn gemeente aanwezig is. Dat het avondmaal de Maaltijd van Jezus Christus is, komt in de viering op verschillende manieren tot uitdrukking. In het breken en ontvangen van het brood herkent de christelijke gemeente de bijzondere aanwezigheid van de Opgestane, net zoals de Emmaüsgangers dat deden kort na Pasen (Lucas 24: 30-31). Telkens wanneer wij als gemeente deze maaltijd vieren, ontvangen wij brood en wijn uit de hand van de opgestane Heer. Aan deze tafel is Jezus Christus de gastheer die ons nodigt.

Tegelijk gedenkt de gemeente in de Maaltijd van de Heer hoe Jezus Christus op aarde heeft geleefd en hoe Hij zijn leven heeft gegeven voor ons. Jezus heeft een aards, lijfelijk leven geleefd. Toen Hij zijn leven gaf, gaf Hij zijn lichaam en zijn bloed. Hij heeft zijn leerlingen opgedragen om brood en wijn te nemen en te eten en te drinken als zijn lichaam en zijn bloed (Matteüs 26: 26-28; Marcus 2224). Paulus en Lucas berichten dat Hij hen de opdracht heeft gegeven om Hem op deze wijze te gedenken. (1 Korintiërs 11: 24-25; Lucas 22: 19-20). Telkens wanneer wij als gemeente de Maaltijd vieren, gedenken wij Jezus’ leven en dood door brood en wijn te ontvangen als zijn lichaam en bloed. In het ontvangen van brood en wijn nemen wij Jezus Christus zelf aan, die voor ons heeft geleefd en die voor ons is gestorven. Aan deze tafel is Jezus Christus de gave die wij ontvangen.

In de Maaltijd van de Heer verwacht de gemeente het koninkrijk van God dat Jezus Christus heeft verkondigd. Matteüs en Marcus vertellen dat Jezus heeft gezegd dat Hij geen wijn meer met zijn leerlingen zou drinken ‘tot de dag komt dat ik er met jullie opnieuw van zal drinken in het koninkrijk van God/mijn Vader’ (Marcus 14: 24; Matteüs 26:29). Paulus wijst ook op die toekomst, wanneer hij zegt dat wij de maaltijd van de Heer vieren ‘totdat Hij komt’ (1 Korintiërs 11:26). Het komende koninkrijk van God wordt in de bijbel voorgesteld als een maaltijd. Evenals de maaltijden die Jezus met allerlei mensen heeft gehouden, wijst de Maaltijd van de Heer ons op de toekomst van Gods koninkrijk. In dit koninkrijk zullen de strijd, het onrecht en de haat die het samenleven van mensen zo vaak ontwrichten, plaatsmaken voor de vrede, de gerechtigheid en de liefde waartoe God de hemel en de aarde heeft geschapen en waarvoor Hij de mensen heeft bestemd. In de Maaltijd van de Heer zien wij vol verwachting uit naar de komst van Jezus Christus en het koninkrijk van zijn Vader en krijgen wij een voorproef van de komende vrede, gerechtigheid en liefde.

Wanneer wij als gelovigen de Maaltijd van de Heer vieren, verbindt de Heilige Geest ons leven met Jezus Christus, die is gestorven, die leeft en die komt. In deze gemeenschap met Jezus Christus worden onze relaties met God, met elkaar en met de mensen en schepselen om ons heen tot in de wortel vernieuwd. Door de genade van de Vader maakt onze vervreemding van God plaats voor een nieuwe overgave aan Hem in vertrouwen en gehoorzaamheid. Door de verlichting van de Geest herkennen en aanvaarden wij onze tafelgenoten als broeders en zusters zonder op hun maatschappelijke positie te letten. Door de liefde van de Zoon worden ons hart en onze handen geopend voor onze medemensen en medeschepselen en sluiten wij ons niet langer op in onszelf. Dit geeft een nieuwe oriëntatie aan alles wat wij in ons leven en samenleven doen en ondergaan. Het is een nieuw leven.

Vragen bij paragraaf 1

–              In Lucas 24:30 ontvangen de Emmaüsgangers brood en wijn uit handen van de Opgestane Heer. In hoeverre ontvangt de maaltijdvierende gemeente volgens u/jou brood en wijn van de Opgestane Heer? Spreekt het u/jou aan om het op deze manier te verwoorden? Zo niet, hoe zou u/jij het wel willen benoemen?

–  Van oudsher vormt de verbondenheid met Christus de kern van de Maaltijd. Hij is de Gastheer. Ervaar(t) u/je deze verbondenheid als u/je het avondmaal viert?

–  In hoeverre helpt het vieren van de Maaltijd u/je om de relatie met God te verdiepen?

–  In hoeverre helpt het vieren van de Maaltijd u/je om de relatie met elkaar te verdiepen? (jh)

 

Reacties zijn gesloten.